Als maatschappij lijken we klaar te zijn met de traditionele ideeën over masculiniteit – de traditionele en opgelegde kenmerken die gekoppeld worden aan de man – en hebben we steeds meer oog voor de zachtere en meer feminiene kant van de man. Toch vindt onze coverster Georbella Fini (23) dat de masculiniteit van de zwarte man een grote schoonheid kent. Met die reden brengt ze met haar laatste project een ode aan de zwarte man en zijn vriendschappen.
Opgroeien in een wit dorp
De 23-jarige Georbella Fini groeide als Togolees meisje op in het witte Wijchen, waar ze niet anders kon dan zich aanpassen aan ‘de witte norm’. Dit zorgde ervoor dat ze zich lange tijd niet comfortabel voelde door haar haar, huidskleur, gebruiken en alles wat haar anders maakte dan de rest van de mensen om haar heen. “Ik wist bijna niets over mijn roots, maar voelde me toch altijd een buitenstaander in de witte menigte. Mijn vrienden en ik hadden niets gemeen, omdat we van zulke verschillende werelden kwamen. Daardoor heb ik mijn hele jeugd eigenlijk geen verbintenis gehad met de mensen om mij heen.”
De verbintenis waar zij juist zo naar snakte, zag ze wel terug in de vriendschappen die haar twee broers hadden. Dit werd een constante inspiratiebron voor haar. Door hun dynamiek te aanschouwen en te observeren, ontwikkelde ze een grote fascinatie voor de zwarte man en zijn masculiniteit. “Ik ben opgegroeid met twee broers en zij hebben mij een heel mooi beeld gegeven van hoe vriendschappen tussen zwarte mannen kunnen zijn. Daardoor kun je bijna stellen dat ik een soort idealistisch beeld heb ontwikkeld en dat heeft zich doorvertaald naar mijn project genaamd ‘My Circle My G’s’.
Ik heb altijd gefascineerd gekeken naar de manier waarop mijn broers met hun vrienden omgingen. De manier waarop ze met elkaar lachten, hoe ze om elkaar heen bewegen en elkaar altijd steunden, is deel geworden van dit idealistische beeld. Mijn project is dan ook een weerspiegeling van dit idealistische beeld van mannelijke vriendschappen, maar ik ben mij er ook erg bewust van dat dit niet de realiteit voor iedereen is.”
De Afrikaanse diaspora
Volgens Georbella bevatten deze vriendschappen zo’n schoonheid door de overeenkomsten die haar broers en hun vrienden delen als Afrikaanse diaspora. “Deze jongens hebben dezelfde geschiedenis en kennen dezelfde gebruiken. Ik vond het erg interessant om te zien dat ze dezelfde films en muziek leuk vonden en inspiratie haalden uit hun favoriete rappers. Ze waren en zijn nog steeds een eenheid.”
Dit gevoel van eenheid met haar community, begon ze ook eindelijk te voelen toen ze aan haar vervolgopleiding in Nijmegen begon. Haar visie op haar roots veranderde en langzaamaan maakte ze zich los van de witte norm. “Mijn interesse verschoof naar hiphopmuziek en ik begon er voor het eerst echt naar te luisteren. Artiesten als Kendrick Lamar en J. Cole inspireerden mij, omdat ze hun heritage juist vierden. Iets wat ik toen niet deed. Daardoor begon ik mij meer in te lezen over de zwarte geschiedenis en ‘mijn mensen’ op te zoeken. Ik meldde mij aan voor Facebook-groepen waar zwarte vrouwen bij elkaar kwamen en ik kwam weer in contact met mijn Engelse familie. Zij brachten mij eigenlijk dichter bij mezelf en mijn cultuur en voor het eerst in mijn leven werd ik volledig begrepen. Er ging een hele nieuwe wereld voor mij open.”
De elegantie van masculiniteit
Deze nieuwe inzichten werden een inspiratiebron voor haar werk als art director en Fashion & Designstudent. Met haar broers als inspiratiebron koos ze ervoor om het ideaalbeeld dat ze over zwarte mannen en zijn vriendschappen had, door te vertalen in haar laatste project. “Mijn eindproject voor mijn opleiding Fashion & Design ging over de vriendschappen die ik bij mijn broers zag. Dit komt voort uit de connectie die de jongens hebben, maar ook de pluriformiteit die aanwezig is. In mijn collectie is dat te zien in de shirts die ik aan elkaar naaide, waardoor de mannelijke modellen aan elkaar vast zaten en zo moesten poseren. In deze shoots zag ik een bepaalde elegantie, waar ik eigenlijk niet per se op zoek naar was. Ik vroeg de jongens om te duwen en te trekken, maar uit deze beelden kwamen juist een vorm van elegante masculiniteit tot leven.”
De jonge art director heeft zich met haar laatste project vooral gefocust op de momenten dat mannen gewoon volledig zichzelf kunnen zijn onder hun vrienden. Het stukje masculiniteit is daarin een groot onderwerp, maar wat ze eigenlijk met haar visie zegt, is: ‘zie de zwarte community in hun volledigheid’. “Mijn werk is een reflectie van mezelf, waarin ik mijn persoonlijke verhalen deel. Als zwarte vrouw is die reflectie dan ook vanuit een behoefte om gezien te worden in de volledigheid van onze verschillende culturen, identiteiten en veelzijdige persoonlijkheden. Het is een zwart perspectief met zwarte referenties en een behoefte aan representatie.
Nu wordt er bijvoorbeeld veel focus gelegd op de zachte kant van de zwarte man en hun mentale gezondheid, emoties en geluk. Maar er ligt naar mijn mening ook zo’n grote schoonheid verborgen in masculiene emoties en bewegingen. Het haantjesgedrag, omdat ze zich willen bewijzen of het wijdbeens zitten om ruimte in te nemen, fascineert mij.”
“Ik wil dat zwarte mensen groeien”
Georbella haalt al haar inspiratie uit de Zwarte gemeenschap en Afrika en wil haar werk nog veel verder uitbreiden. “Er ligt zo’n grote potentie in de groei die Afrikaanse landen kunnen maken op basis van hun vakmanschap. Ik zie een toekomst in de African luxury market en wil meehelpen aan die groei. Heel veel Afrikaanse landen zijn eindelijk los aan het komen van Europa, maar dit zorgt er wel voor dat de vele vakmanschap skills verdwijnen. Door de groeiende economie leveren die skills geen geld meer op. Daardoor wordt de kunst van het vakmanschap niet meer van generatie op generatie doorgegeven. Ik denk juist dat het erg waardevol is om dat te behouden en hier juist in te investeren.”
Deze visie wil ze dan ook graag verwezenlijken samen met mensen die dezelfde potentie in Afrika en zijn groei zien. “Ik wil dat Zwarte mensen groeien en meer op de voorgrond komen. Met mijn werk hoop ik een inspiratie te zijn en mensen te vinden die dezelfde potentie in Afrika zien. Zo kunnen we samen aan deze toekomst werken.”